Veel bomen zijn dan wel een bron van insectenleven, maar soms wordt het teveel en kan na enkele jaren van kaalvraat de boom ernstig verzwakken, zeker als er nog andere ongunstige omstandigheden optreden zoals droogte of juist vernatting. De boom kan dan het loodje leggen.
Als zo’n dode boom niet wordt weggehaald, maar mag blijven staan – ja, dan profiteren daar weer andere organismen van, zoals zwammen, vleermuizen, spechten en boktorren. Zelfs een dode boom is goud waard…
Schimmels of zwammen kunnen zich in een boom vestigen nadat de boom verwond is geraakt bijvoorbeeld door aanrijschade, onzorgvuldig snoeien en maaien.
Een paddenstoel is het vruchtlichaam van een zwam of schimmel. Schimmeldraden kunnen in de grond en ook in bomen (stam, wortels) groeien. Zodra een houtvernietigende zwam zich in het houtweefsel heeft gevestigd, kan een langzaam maar zeker aftakelingsproces op gang komen. Op de website van de Mycologische Vereniging is veel informatie te vinden over paddenstoelen.
Van de grote hoeveelheid paddenstoelen noemen we een paar veelvoorkomende soorten bij bomen met de waarschuwing dat soorten moeilijk te herkennen zijn en dat je moet weten wanneer je wel of niet tot kappen moet overgaan, zie ook: alles over paddenstoelen.
Rond de stamvoet ziet u soms bundels van kleine paddenstoelen, vlees- tot bruinkleurig. Het is de Honingzwam (Armillaria sp.), die parasitair leeft op bomen en witrot veroorzaakt. Er zijn 2 soorten honingzwammen: de sombere en de echte.
De Tonderzwam (Ganoderma sp.) heeft een taaie houtige hoed en leeft parasitair op hout en veroorzaakt witrot. Er zijn 3 soorten: de echte, de platte en de dikrandtonderzwam.
Ook de Korsthoutskoolzwam (Hypoxylon deustum) is een parasitaire schimmel, te herkennen aan zijn houtskoolvormige vruchten, die tussen de wortelaanzet en op de stam voorkomen, vooral bij beuken en linden. De zwam veroorzaakt bruin- en witrot.